Wijthmen, een voorgeschiedenis én waar komt die naam vandaan?
Wijthmen, ook wel Wijthem, uitgesproken als Wietmen. In het Nedersaksisch als Wietem. Ook worden er andere namen gebezigd als Witum en Wietem in oude lectuur.
Hoewel de dekzandruggen in de omgeving van Herfte-Wijthmen al sinds de prehistorie zijn bewoond, is Wijthmen als een zeer klein gehucht vermoedelijk in de Karolingische tijd (750-900) ontstaan.
(Telefoon 90 graden draaien voor betere leesbaarheid)
In deze periode zagen de bewoners van de dunbevolkte regio tussen IJssel en Vecht zich blijvend onder het gezag van de Franken geplaatst.
Een aanwijzing voor een uitbreiding van het bewoonde verspreidingsgebied door kolonisatie uit andere delen van het Frankische Rijk vormen de vroegmiddeleeuwse plaatsnamen met de uitgang -heem (woonstede of huis) of een verbastering daarvan zoals -em of -um. Voorbeelden rond Zwolle zijn Berkum, Ittersum, Zuthem en Windesheim, maar ook Wijthmen.
Nederzettingsnamen op -heem hebben vaak als eerste lid de naam van een persoon.
In het geval van Wijthmen gaat het om de voornaam Wido, Wite, Wyt of Wytse (in geromaniseerde vorm Guy of Gido). Kennelijk heeft iemand met deze roepnaam in de ontstaansperiode van Wijthmen een gezaghebbende positie in de gemeenschap ingenomen. Wie deze Wido was weten we niet; er zijn geen geschreven bronnen uit de tijd waarin de plaatsnaam moet zijn ontstaan.
Maar laten we toch eens een poging gaan wagen!
Kaartje: Nederzettingen uit de Romeinse tijd. De zandruggen in onze omgeving onder invloed van Vecht en IJssel vormden eilandjes als deze rivieren op hun strepen gingen staan. Let ook op de loop van de Overijsselse Vecht langs Wijthmen en Boschwijk.
In Herfte-Wijthmen zijn bij opgravingen voorwerpen gevonden die duiden op contact tussen de vroege bewoners van onze buurtschappen en het Romeinse Rijk.
De aanwezigheid van de Romeinen begon in Nederland zo ongeveer 50 voor Chr.. Denk voor de Romeinse aanwezigheid op de Zalnése dekzandrug – waarop huize Boschwijk staat – aan de vondsten bij de aanleg van de weg aan de Zwolse kant naar de Wijthmenerplas.
In een oorkonde uit 960 wordt de plaats aangeduid met de naam Wie, wat klein heiligdom of heilige plaats betekent. Denk hierbij aan een kleine kapel of zelfs een open ruimte in een bos die een samenkomst markeert.
Deze aanduiding stamt uit de Germaanse tijd, toen dit gebied nog niet gekerstend was.
Officiële documenten buiten de voorgenoemde oorkonde zijn niet aanwezig, is deze naam in de loop der tijd verbasterd tot de huidige naam Wijthmen?
De eerste vermelding van Wijthmen – een niet officieel document zoals een oorkonde – in de geschreven bronnen dateert uit 1207. Uit dat jaar stamt een document, waarin de bisschop van Utrecht verklaart dat hij aan het Deventer kapittel – een geestelijke instelling die veel land in en rond Zwolle bezat – de novale tienden (goedkeuring tot belasting heffen) in de buurtschappen Zwolle, Wijthmen en Ittersum heeft geschonken. Voortaan hadden de kapittelheren in deze gebieden het recht op het tiende deel van de opbrengst van recent ontgonnen of nog te ontginnen land.
De akte maakt dus duidelijk dat er nog volop ontginningsactiviteiten plaatsvonden, een proces dat waarschijnlijk al eeuwen onderweg was. Er kwam dus een vorm van organisatie tot stand dat beheerd werd rond Wijthmen.
Kunnen we uit deze bekende gegevens niet de verdere weg zoeken naar de oorsprong van de naam van ons buurtschap Wijthmen? Dus een vervolg op de oorkonde uit het jaar 960 en de geschreven bron uit 1207. Hiervoor gaan we naar Heino in het vroegere schoutambt Wijhe, naar het landgoed en havezate: kasteel Nijenhuis.
De bewoners van het Nijenhuis, enkelen met bijzondere namen
In het kerspel van Wijhe, in de Wechterholter marke (Holten), lag het oude goed ten Nijenhuis. Rond 1382 werd dit goed door de bisschop van Utrecht in leen gegeven aan Otto van Bymmen.
In diezelfde tijd wordt ook Fye, de vrouw van Bolte Menting, genoemd. Zij stond onder het hulderschap van Engelbert van Doetinchem de Oude, wat betekent dat hij toezicht hield op het leen.
Fye en Tuneman
Enkele jaren later, in 1394, komt Fye opnieuw voor in de bronnen, nu als de vrouw van Tuneman.
Samen met hem werd zij toen beleend met het Nijenhuis. Tuneman was geen onbekende: al in 1368 wordt hij vermeld als ambtman van de hertog van Gelre over Salland en Twente.
Na zijn overlijden werd Fye in 1401 opnieuw met het goed beleend, ditmaal onder Willem ter Ryt als huldiger.
Overdracht aan Herman van Wythmen
In 1403 besloot Fye afstand te doen van het Nijenhuis. Zij droeg het over aan Herman van Wythmen, die daarna officieel als eigenaar werd erkend.
Herman woonde in Zwolle, waar hij richter was, en hij wordt in 1398 al genoemd als ambtman van Salland.
Na zijn dood in 1419 ging het goed over op zijn weduwe Besele, die opnieuw met het Nijenhuis werd beleend.
De familie Van Wythmen
Besele beheerde de goederen nog vele jaren. In 1433 verkocht zij een ander bezit – het erve ter Helle bij Archem – aan het Bergklooster.
In datzelfde jaar kreeg haar zoon Evert van Wythmen de beschikking over het Nijenhuis.
Evert maakte carrière:
Zijn vrouw Margaretha van Ockenbrock bracht eveneens landerijen mee, onder andere in Wechterholte. Na haar overlijden in 1454 werd hun zoon Johan beleend met haar goederen door de proosdij van Sint Lebuinus in Deventer.
De erfgenamen: Hasset van Wythmen en Steven Campherbeek
De dochter van Evert en Margaretha, Hasset van Wythmen, erfde later het Nijenhuis. Zij was ook eigenaresse van de Leemcule onder Dalfsen.
Na het overlijden van haar vader in 1474 werd zij officieel met het goed beleend.
Hasset was gehuwd met Steven Campherbeek, eveneens rentmeester van Salland en eigenaar van de goederen te Berkum – later bekend als de havezate Campherbeek.
Toen Hasset in 1487 weduwe werd, deed zij afstand van haar bezittingen. Daarbij kwam het Nijenhuis in handen van Robert van Ittersum. Vermoedelijk was haar enige zoon, Johan Campherbeek, toen al overleden.
Van Campherbeek naar Van Ittersum
Robert van Ittersum was een zoon van mr. Jan van Ittersum en Agnes Campherbeek.
Waarschijnlijk was hij gehuwd met een zuster van Hasset van Wythmen, waardoor de familieband met het Nijenhuis behouden bleef – al veranderde de naam van de eigenaar.
>>>>>>> Conclusie: de band tussen Wijthmen en de heren van Wythmen
Uit de geschiedenis van het goed Nijenhuis lijkt een nauwe band tussen het dorp Wijthmen en de familie Van Wythmen. Al in de veertiende eeuw komen we leden van deze familie tegen als bezitters van het Nijenhuis, dat toen nog in het kerspel van Wijhe lag, maar geografisch dicht bij het huidige Wijthmen was gelegen.
De Van Wythmens behoorden tot de aanzienlijke adel van Salland. Ze vervulden belangrijke functies, zoals richter in Zwolle en rentmeester van Salland – functies die macht en aanzien met zich meebrachten. Hun naam wijst er bovendien op dat hun oorsprong nabij Wijthmen lag. Vermoedelijk ontleenden zij hun familienaam aan dit gebied, zoals in die tijd gebruikelijk was bij adellijker geslachten die zich verbonden voelden met hun landgoederen.
De opeenvolgende generaties Van Wythmen beheerden niet alleen het Nijenhuis, maar ook andere goederen in de omgeving, zoals in Wechterholte, Zwolle en Dalfsen. Daarmee speelden zij een rol in het bestuurlijke en economische leven van de streek. Zo kan worden geconcludeerd dat de heren van Wythmen niet alleen hun naam, maar ook een belangrijk deel van hun identiteit en macht ontleenden aan het gebied rond het huidige Wijthmen. Hun aanwezigheid heeft waarschijnlijk bijgedragen aan de ontwikkeling en bekendheid van het dorp, dat tot op heden wellicht hun naam draagt.
Hun aanwezigheid in Wijthmen is tot op de dag van vandaag zichtbaar. Zo prijkte de naam Wythmen decennialang op de plaatsnaamborden van de voormalige gemeente Zwollerkerspel, en herinnert ook de oude Wythmerweg nog aan die tijd. Zou de naam van ons dorp Wijthmen misschien zijn voortgekomen uit de familie Van Wythmen, die ooit op het Nijenhuis woonde?


Foto boven:1 De voormalige naam Wythemerweg is omgedoopt in Oude Wythemerweg.
Foto onder Deze oude naam van Wijthmen bij een voormalige hooiberg op de hoek Kroesenallee en Erfgenamenweg
Harde bewijzen daarvoor heb ik niet kunnen vinden, maar de gedachte blijft intrigerend. Misschien weet iemand het beter…
Bronnen:
